Ziggo maakte de halfjaarresultaten bekend, althans een beperkt gedeelte ervan. De omzet steeg met 2,6 procent naar 630 miljoen en de EBITDA groeide met 1,0 procent tot 343 miljoen. Bij de klantaantallen springt vooral de toeloop van digitale abonnees in het oog. De groei was maar liefst 39 procent tot 1,38 miljoen. Het aantal analoge kijkers nam met slechts 1,5 procent af tot 3,22 miljoen.
Aan de cijfers valt vooral op dat ‘van boven naar beneden’ de groei afneemt. Op het vlak van de abonnees (met name voor digitale tv) is de hoogste groei te zien. Het aantal RGU’s (revenue generating units) nam met 7,5 procent toe tot 6,9 miljoen. De omzetgroei (2,6%) bleef daarbij echter achter, kennelijk door een forse groei in het aantal klanten voor het kale digitale tv produkt (even duur als analoge tv) en telefonie (een relatief goedkope dienst). Verder naar beneden zien we dat de EBITDA nog maar met 1,0 procent is gegroeid. Ziggo wijt dat aan een ‘temporary increase of costs’ om de klantenservice aan te pakken, waarbij het oogsten van fusievoordelen tijdelijk is losgelaten. Daar valt weinig op af te dingen.
Andere resultaten, zoals de nettowinst, worden door Ziggo niet gepubliceerd. Volgens de schattingen van Telecompaper echter koerst Ziggo af op een verbetering van de resultaten over 2009, in vergelijking tot die over 2008. Het nettoverlies zal nog ruim in het rood liggen maar fors lager zijn dan in 2008. De rentebelalingen zullen nog altijd rond het half miljard euro bedragen. Wij schatten dat het verlies nog altijd tweederde zal zijn van het verlies over 2008, dat 353 miljoen euro bedroeg.
Verder is nu een vergelijking met UPC te maken, dat via moederbedrijf Liberty Global al eerder de resultaten publiceerde. Echter, van UPC Nederland zijn alleen de abonnee-aantallen, de omzet en de EBITDA te achterhalen, de rest van de cijfers wordt niet naar land uitgesplitst. Liberty Global is namelijk in 13 landen actief.
De verschillen zijn groot, en UPC presteert aanmerkelijk slechter. Waar Ziggo uitzonderlijk snel groeit in digitale tv en nauwelijks krimpt in analoge tv, laat UPC een behoorlijke groei in digitaal zien (16%) resp. een forse krimp in analoog (-13%). Ook op de telefoniemarkt doet Ziggo (+17%) het beter dan UPC (+13%). Wel doet UPC het beter op de internetmarkt (+5%, tegenover +1% voor Ziggo). Al met al laat Ziggo een flinke groei zien in het aantal RGU’s (revenue generating units) van 7,5 procent, terwijl dit aantal bij UPC daalt.
De omzetontwikkeling van beide is vergelijkbaar, met een groei van rond de 2,5 procent, maar bij UPC volgt de EBITDA een beter pad, met een groei over het tweede kwartaal van ruim 8 procent.
De oorzaken van de verschillende prestaties zitten ten eerste in de verzorgingsgebieden. UPC is actief in Amsterdam en Rotterdam, steden met een gecombineerde agglomeratie van meer dan twee miljoen inwoners. En juist in de grote steden is de concurrentie van Digitenne en CanalDigitaal het sterkst, als gevolg van de multiculturele samenstelling van de bevolking en de dekking van Digitenne. Daar komt bij dat UPC het meeste te maken heeft met de FTTH-initiatieven van Reggefiber en KPN. Die zijn immers geconcentreerd in het oosten, de regio Eindhoven en opnieuw: Amsterdam en Rotterdam. Een tweede punt van verschil zit in de uitrol van EuroDocsis 3.0, waarmee UPC ongeveer een half jaar voorloopt op Ziggo. Dat verklaart het succes van UPC op de breedbandmarkt. Het derde verschil zit in het feit dat Ziggo nog worstelt met de integratie van de drie fusiepartners (Casema, Multikabel en Essent Kabelcom), wat zijn weerslag heeft op het niveau van de klantenservice. Bij Ziggo zorgt dat voor extra kosten en een dalende EBITDA-marge. UPC is de gebrekkige klantenservice te boven en heeft alweer een call center award op zak.
De successen van UPC met EuroDocsis 3.0 en zijn call centers belooft veel goeds voor de resultaten van Ziggo over de tweede helft van 2009.